De Kleine Prins ontmoet een geograaf

De Lestrade, A., & Docampo, V. (2018). De Kleine Prins. Wielsbeke: De Eenhoorn.

‘Wat doe jij?’ Vroeg de kleine prins. ‘Ik ben een geograaf.’

In het prentenboek ‘De Kleine Prins’ wordt het minder gekende en gebruikte woord ‘geograaf’ gebruikt. Ik kan me goed voorstellen dat kinderen niet goed weten wat dat woord betekent. Gelukkig zorgt de schrijfster ervoor dat de kinderen de betekenis van het woord al snel kunnen achterhalen.

De schrijfster, Agnès De Lestrade, verduidelijkt het woord ‘geograaf’ expliciet door de kleine prins te laten vragen wat een geograaf is. 

‘Wat is een geograaf?’ ‘Dat is een wijs iemand, die weet waar de steden liggen, de bergen en de zeeën.’

In het prentenboek worden meermaals woorden gebruikt die minder gekend kunnen zijn bij kinderen. Enkele voorbeelden zijn: baobab, ijdeltuit, drinkeboer, … . Niet alle woorden worden expliciet verduidelijkt. Sommige woorden worden duidelijk door de context te lezen en anderen door naar de tekening te kijken. 

Met een boek zoals ‘De Kleine Prins’ wordt er zeker en vast gewerkt aan de uitbreiding van de woordenschat van kinderen. Daarnaast beschikt het boek over prachtige tekeningen en een mooie verhaallijn.

Ik raad zeker aan om het prentenboek zelf én samen met kinderen te bekijken, te lezen, te bewonderen en vooral ervan te genieten! 

De Lestrade, A., & Docampo, V. (2018). De Kleine Prins. Wielsbeke: De Eenhoorn.