Beu

Het was een zonnige lentedag, de eerste schooldag van mijn zoontje brak aan. Om de avond ervoor toch een beetje deftig te kunnen slapen, ging ik op zoek naar zoveel mogelijk relativeringsvermogen. Eens ik bericht kreeg van mijn man dat zoonlief vol enthousiasme afgezet was, begon ik dat vermogen toch wat te verliezen. Honderd-en-één vragen kwamen op me af. Wat zou hij aan het doen zijn? Hoe zou hij zich voelen? Zou hij zijn fruit wel opeten? Zou hij de dag zonder slapen kunnen doorbrengen? Zou hij op het toilet durven gaan, … Aangekomen op het werk, zag ik verschillende mama’s met hun peuter aan de schoolpoort staan. Ik hoopte voor hen dat ze wat meer relativeringsvermogen hadden gevonden dan ik. Één ding is zeker: met een bang hartje, vroegen we ons af hoe we onze kapoenen straks gingen terugvinden.

Toen we de opdracht kregen om ons favoriet boek aller tijden voor te stellen, moest ik niet lang nadenken. Ik greep onmiddellijk in mijn boekenkast naar het prentenboek: Hart: gezocht – verloren – gevonden. Een prinses die op zoek is naar een man. Op het eerste zicht lijkt het een doodgewoon sprookjesachtig liefdesverhaal. Maar niets is wat het lijkt. Wanneer je in de klas geconfronteerd wordt met onderwerpen zoals echtscheiding en co-ouderschap, is dit het ideale boek om deze thema’s op een kindgerichte manier aan te kaarten. Maar ook liefde en huwelijk krijgen hier een mooie plaats. Door zijn originele opbouw en grote, bonte illustraties spreekt het boek meteen aan. Drie duidelijk afgescheiden hoofdstukken vertellen samen één verhaal. Een verhaal overgoten met een saus van ridders, reuzen en prinsessen. Een triologie over liefde, het verliezen en het terugvinden ervan.

Nog een laatste leuk weetje: vorig jaar kwamen auteur Eef Rombaut en illustrator Emma Thyssen met een nieuw boek op de proppen. Namelijk: Vriend: gezocht – verloren – gevonden. Net als hun vorige prentenboek ‘Hart gezocht – verloren – gevonden’ (2011) valt dit boek op door zijn gelijkaardige, originele opbouw en zijn grote, bonte illustraties. Deze keer is het een verhaal over vriendschap en hoe die kan ondermijnd worden door pestgedrag. De makers willen een standpunt kwijt en zijn niet bang van een duidelijke moraal. Hun boodschap mist misschien nuance maar is wel helder. Net zoals hun vorige prentenboek.

Wanneer ik mijn zoontje dolenthousiast de schoolpoort zag uitrennen, wist ik dat het goed was. Hij had vandaag vast en zeker iets: gezocht – verloren en weer teruggevonden.

Rombaut, E., & Thyssen, E. (2011). Hart gezocht – verloren – gevonden. Tielt: Lannoo.
Rombaut, E., & Thyssen, E. (2017). Vriend gezocht – verloren – gevonden. Tielt: Lannoo.

Lezen en tijdsdruk

Dat we tegenwoordig minder en minder lezen in onze vrije tijd, is ondertussen jammer genoeg een feit. Deze dalende trend staat immers in schril contrast met de voordelen van lezen zoals: betere schoolprestaties, betere kansen op de arbeidsmarkt en meer empathisch vermogen.

In Nederland deed men een studie waarin men het huidige leesgedrag van Nederlanders en de ontwikkelingen van het lezen in de afgelopen 10 jaar beschrijft. Er wordt dieper ingegaan op de rol van tijdsdruk bij het lezen in de vrije tijd. Leidt meer tijdsdruk door verplichtingen tot minder tijd om te lezen? En welke rol spelen kenmerken als geslacht, leeftijd en opleiding?

Veel lezen is het gevolg van veel kúnnen lezen door het hebben van tijd. Maar leeftijd en opleiding spelen hierin ook een rol. Hoe ouder, hoe groter de kans is om tot de lezers te behoren. Opvallend is wel: eenmaal jongeren lezen, doen zij in tijdsbesteding nauwelijks onder voor ouderen. Hoogopgeleiden horen ook vaker tot de groep lezers.

Mensen die meer lezen, besteden meer tijd aan media. Maar daarbinnen besteden ze minder tijd aan digitaal communiceren en gamen. Hier kunnen we een link maken met het leeftijdsverschil. Verder kan je in onderstaand schema kijken welke factoren samenhangen met je leesgedrag. Een interessante maar soms ook confronterende conclusie. Zeker de moeite om eens te bekijken, en je dagdagelijkse gewoontes volledig om te gooien.

Dat we als toekomstige leerkracht kinderen en jongeren zoveel mogelijk moeten promoten om te lezen, is uit het artikel over lezen en tijdsdruk opnieuw gebleken. Ik onthoud één ding: “Eens jongeren lezen, blijven ze lezen”. Aan ons om dit te blijven promoten.

A. Wennekers, Lezen en tijdsdruk, 13 maart 2018, https://digitaal.scp.nl/mediatijd/lezen-en-tijdsdruk/.

 

Het wonderlijke verhaal van Angelino Brown

De kinderen van mijn stageklas lezen enorm graag. Af en toe brengt er iemand een boek mee van thuis, de boekenhoek wordt continu vernieuwd en de kinderen raden hun boeken aan elkaar aan. Ideaal dus om de klasbibliotheek aan te vullen met leesfiches.

Zo gezegd zo gedaan. Om de leerlingen een voorbeeld te geven van wat een leesfiche net inhoudt, las ik tijdens mijn vrijwillige stage elke dag een kwartier voor uit het boek: ‘Het wonderlijke verhaal van Angelino Brown’ geschreven door: David Almond. De leerlingen vonden het geweldig, en hingen aan mijn lippen. Na elk stukje voorgelezen uit het boek, nam ik de leesfiche erbij. Ik vroeg aan de kinderen wat we eventueel al zouden kunnen invullen. En wat we nog te weten moeten komen tijdens het verder lezen van het boek. Ik vertelde de kinderen ook dat ikzelf het boek al volledig had uitgelezen. En dat ik de fiche al volledig kon invullen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ik gaf hen de opdracht al eens na te denken welk boek voor hen een echte aanrader was. En van welk boek ze zeker een leesfiche willen maken. Na twee weken was het zo ver. De kinderen brachten hun eigen boek mee, en mochten zelf een leesfiche maken. We vulden eerst klassikaal de leesfiche aan van het boek: ‘Het wonderlijke verhaal van Angelino Brown’. Dan was het aan hen. Op de leesfiche was er ook ruimte gemaakt om een bijhorende illustratie te maken, van een favoriet stukje uit het boek. Dit vonden ze geweldig. De leesfiches en de boeken belandden in de boekenhoek, en de leerlingen gingen ermee aan de slag. In de wandelgangen en op de speelplaats hoorde ik af en toe de kinderen bepaalde boeken promoten aan elkaar. Mijn opdracht was geslaagd.

Almond, D. e.a. (2018). Het wonderlijke verhaal van Angelino Brown. Amsterdam: Querido.

Iets met kippen en een stok

Met de kippen op stok. Een uitdrukking die ontzettend goed bij me past. Ik ben een ochtendmens en bijgevolg dus steeds vroeg op. Ik kan er dus van genieten om vroeg te gaan slapen. Immers, indien onze jongste spruit me dit toelaat, of er geen andere huishoudelijke klus in de weg komt te staan, of noem maar op. Honderd en één redenen om toch maar niet met de kippen op stok te kunnen gaan.

Conny de Vries schreef er een liedje over:

Tok, tok, tok, tok, tok, tok, tok, tok, in het kippenhok. 2x
Maar als dan het haantje kraait: “Kukeleku!”,
gaan de kippen op stok.

Muziek en tekst: Conny de Vries, Klavertje Koe.

Dreekegmo

De omgekeerde wereld. Zo voelde ik mij vandaag. Mijn beide kinderen waren voor een dagje het huis uit. Eindelijk kon ik nog eens voor school werken. Iets waar de meeste mensen tegenop kijken werd iets waar ik enorm van genoot. Iets waar de meeste mensen van genieten, werd iets waar ik enorm tegenop keek.

Maar wat verstaan we onder: meestal, of, de meeste mensen? Over woorden kan je filosoferen, met woorden kan je spelen. Woorden worden beelden, beelden worden woorden. Dreekegmo of anders gezegd: Omgekeerd.

Het was tijd voor taal, tijd voor poëzie. Ik nam de gedichtenbundel: ‘Er staat een taart in lichterlaaie!’ van Jan van Coillie bij de hand, en begon te lezen. Al snel bleef onderstaand gedicht in mijn hoofd ronddwalen.

Omgekeerd

Omgekeerde dagen komen regelmatig voor.
Dan lees ik alles van achter naar voor:
         tak wordt kat
         riem wordt mier
         gum wordt mug
         rot wordt tor
         tom wordt mot
Maar een non dat blijft een non.
Ook al draai je haar nog tien keer om.

Meteen kreeg ik zin om ook met woorden aan de slag te gaan. En vooral met beelden. Ik liet mijn inspiratie de vrije loop. Ik zocht woorden die je kon omdraaien, en nam een blaadje papier en een potlood. Ik keek naar het potlood en dacht even: “Hey, een potlood kan je ook omdraaien!”. Maar probeerde snel weer to the point te komen en begon te tekenen.

Mijn tekening was klaar. Ik rende naar beneden, op zoek naar mijn huisgenoot. Ik liet hem de tekening zien en zei: twee woorden. Geef mij 2 woorden en denk logisch na. Ik kreeg het antwoord: vijver, water, tien. Aan jullie om het antwoord te zien.

Onmiddellijk had ik een prachtige activiteit voor in de klas. Met als verwerking een raadseltje en hopelijk een heleboel nieuwe omgekeerde woorden en beelden als resultaat. Al hecht ik persoonlijk veel meer belang aan de verwerking en het proces dat de leerlingen hier hebben doorgemaakt.