Literaire discriminatie?

Stel je voor… je bent iemand met een anderstalige achtergrond met een leeftijd van 16 jaar en je kan enkel boekjes lezen over draken en prinsessen. Hier knap je toch wel snel op af denk ik dan. Wat concluderen leraren dan over deze persoon? “Het is een laagtaalvaardige leerling want hij/zij leest niet graag…” Onzin!

Drie studenten van de lerarenopleiding van de Arteveldehogeschool namen dit onder de loep. Ze ontdekten dat het materiaal op het leesniveau van deze jongeren gewoon te kinderachtig is. Daarom gingen ze op zoek naar leesmateriaal voor de OKAN-klas. Helaas vonden ze enkel boekjes die niet aansloten bij de leefwereld van de jongeren. In de OKAN-klas stelden ze vast dat deze jongeren intelligent en gemotiveerd zijn want dubbel zoveel anderstalige leerlingen gaven aan wel graag te lezen, maar er is gewoon geen materiaal.

Ze ontwikkelden samen met enkele professionele auteurs een handboek voor OKAN en bso. Dit handboek bestond uit rijke kortverhalen op gedifferentieerde leesniveaus en aansluitend bij de leefwereld van de anderstalige tieners. Dit stimuleert leesplezier, en dit leidt dan weer tot een betere taalontwikkeling.

Als leerkracht is het belangrijk om te focussen op technisch lezen, functioneel lezen maar ook op leesplezier. Maar de drie studenten maken ook reclame voor voorlezen. Want zien lezen, doet lezen. De voorwaarde is wel dat het interactief moet zijn, de leerlingen moeten de kans krijgen om zelf aan het woord te komen.

Ten slotte willen de studenten afstappen van de evaluatiesfeer. Leesplezier krijg je pas als je leerlingen autonomie geeft. Door de leerlingen een verplichte lijst aan te bieden, zorg je ervoor dat de motivatie enkel daalt.

Bron: https://www.klasse.be/238738/laagtaalvaardige-leerlingen-lezen-niet-graag-onzin/

Plaats een reactie